banier
lijntje lijntje
back
Schijn-piramidevlinder Amphipyra berbera

De schijn-piramidevlinder heeft fraaie oranje ondervleugels. Hij is alleen te verwarren met de zeer sterk gelijkende piramidevlinder. Er zijn een paar uiterst subtiele verschillen in de tekening op de bovenvleugel, maar die onderkennen is lastig en biedt nauwelijks zekerheid. De ondervleugel en het lichaam van de piramidevlinder zijn contrastrijker getekend dan bij de schijn-piramidevlinder en dat lijkt een niet al te onbetrouwbare manier om ze uit elkaar te houden. Toch blijft het vaststellen van de exacte soort zelfs voor kenners lastig.Overigens komen bij beide soorten varianten voor waarbij het prachtige, kleine witomzoomde ronde vlekje afwezig is. De spanwijdte van de schijn-piramidevlinder loopt uiteen van 47 tot 56mm.

De eieren worden vanaf aigustus afzonderlijk of in heel kleine groepjes gelegd op twijgjes of de bast van de waardplant. Zij overwinteren en komen pas in het volgende voorjaar uit. De rupsen vinden we vooral in april en mei. Vanaf juni gaan ze ondergronds, waar ze een kokon spinnen om te verpoppen. Dat duurt ongeveer twee maanden. De rups is kaal en groen met een puntje (bultje) op het 11e segment. Het bultje eindigt in een rood puntje. De rups van de piramidevlinder is nagenoeg identiek, maar haar bultje eindigt in een geel puntje. Over de spiracula loopt een ononderbroken tweekleurige lijn: donkergroen aan de bovenkant, wit aan de onderkant. De rups is dikker dan die van de piramidevlinder, maar ook korter en wordt 33 tot 38mm lang. Hij leeft op allerlei loofbomen, waaronder eik, linde en wilg.

De schijn-piramidevlinder vliegt in één generatie van midden juni tot eind sptember. Hij wordt aangetrokken door licht, maar nog meer door smeer. In de natuur zuigen ze vaak aan bloedende bomen. In de tuin komen ze graag op de vlinderstruik af. De schijn-piramidevlinder vliegt alleen 's nachts, maar wordt overdag vaak rustend aangetroffen in boomspleten, nestkastjes, schuren, en zelfs huizen. Dat rusten gebeurt vaak in kleine groepjes vlinders, dikwijls bestaande uit schijn-piramidevlinders en piramidevlinders door elkaar. Rustende dieren kunnen gemakkelijk worden gefotografeerd. Sommige laten zich daarbij manipuleren, andere niet. In de gehele Benelux een gewone soort.