banier
lijntje lijntje
back
Zuringrandwants Coreus marginatus

Heel veel schildwantsen zijn bruin van kleur. En ook bij de bruine wantsen doet zich het verschijnsel voor dat een aantal soorten nauwelijks uit elkaar zijn te houden. Deze zuringrandwants bijvoorbeeld lijkt heel erg op de snuitkeverschildwants die iets eerder is behandeld. Hij heeft wel streepjes op het achterlijf, maar mist het gestreepte randje van de snuitkeverschildwants en zijn schouders zijn wat ronder. Het grootste verschil zit 'm in de uiteinden van de antennes: bij de zuringrandwants zijn die donker, bij de snuitkeverschildwants juist heel erg licht! De zuringwants is een planteneter die zich vooral met vruchten voedt.

De zuringrandwants is verder gemakkelijk te herkennen aan de twee kleine spitsjes aan de kop tussen de antennen. Hij is soms net iets groter dan de groene stinkschildwants met een lengte van 12 tot 15 mm. Zit vaak 's zomers op bloemen in de tuin, dikwijls samen met de nimfen. Omdat de soort in alle stadia overwintert, is hij bijna het gehele jaar te zien. Overwinterende exemplaren zijn wat donkerder gekleurd. De zuringrandwants vliegt graag en veel. Hij kan als hij zich bedreigd voelt zijn stinkende gifstof flink in het rond spuiten. Als het spul op je huid komt, kleurt die donkerbruin. En dat hou je ook even, want je krijgt het er maar slecht af. De larven hebben dezelfde kleur als de volwassen dieren, alleen de streepjes aan de rand ontbreken. Op de onderste foto staat een larve afgebeeld.

De zuringrandwants is in de gehele Benelux een uiterst gewone soort. En dat geldt ook voor de rest van Europa en het grootste deel van Noord-Amerika.

De zuringrandwants wordt ook wel de zuringwants of de lederwants genoemd.