banier
lijntje lijntje
back
Windevedermot Emmelina monodactyla

De windevedermot is een kleine, soms lastig te herkennen vedermot. Hij is groter dan de dwergvedermot. De spanwijdte is zo'n 18 tot 27 mm. Hij oogt soms wat kleiner. Dat komt vooral omdat de vleugels vaak zeer strak worden opgerold. Getekende exemplaren vallen vooral op door de tekening op het achterlijf. Er komen ook relatief donker gekleurde soorten voor. Bij hen kan de rugzijde vrijwel volledig donker zijn. Kenmerkend zijn ook de twee stekels op de achterpoten: eentje is beduidend langer dan de andere.
Het volwassen vlindertje wordt bijna het hele jaar gezien. Dat komt omdat ook deze soort, net als veel andere vedermotten als volwassen dier overwintert. De meeste exemplaren echter worden gezien in april en in de maanden augustus, september en oktober. De windevedermot treffen we vaak aan in stedelijk gebied en bijvoorbeeld op industrieterreinen. Hij komt vaak op licht af en wordt regelmatig binnenshuis aangetroffen.
De rups wordt vooral aangetroffen op akkerwinde in het binnenland en zeewinde aan de kust, maar ook wel op ganzenvoet en haagwinde. De rups is gelig groen, met een donkergroene lengtestreep op de rug. Kort voor het verpoppen wordt die lengtestreep roze. De rups wordt maximaal zo'n 15 mm. lang.
Door het voorkomen in stedelijk gebied is dit één van de meest waargenomen vedermotten. In het gehele land een heel gewone soort.