banier
lijntje lijntje
back
Boomzesoog Segestria senoculata

De boomzesoog zal vaker in de tuin wonen dan op de muren van het huis. Maar in de tuin kun je hem bijna niet vinden, terwijl hij soms op de muur in het oog valt. Hij komt uit een heel kleine familie van bij ons maar 3 soorten. Alle zesoogspinnen hebben zes ogen die in drie groepjes van twee zijn geplaatst. Verder hebben ze een zeer lang achterlijf. Ze maken een webje voor een schuilplaats, wachten in de schuilplaats tot er iemand over het webje duidekelt en slaan dan toe. De manier waarop ze zitten te wachten is ook zeer kenmerkend: de drie voorste potenparen naar voren gekromd en alleen het achterste potenpaar wordt recht naar achter gestrekt. Vrouwtjes en mannetjes zijn nagenoeg identiek: ze zijn bijna even groot en de lichaamstekening is bij beide geslachten hetzelfde. Alleen is het achterlijf van het mannetje iets slanker en kleiner. De boomzesoog is gemakkelijk aan de tekening van het achterlijf te herkennen.