Gewone Krabspin Xysticus cristatus / Xysticus kochi
De gewone krabspin is inderdaad een heel gewone soort. Maar hij zadelt ons wel op met een probleem. Er zijn er namelijk twee. En beide soorten komen heel veel voor. De enige manier om ze uit elkaar te houden is het onderzoeken van de genitaliën onder de microscoop. Alle andere methoden blijken niet de juiste uitkomst te geven. En dus zullen we nooit weten of de rakker op de foto nu Xysticus cristatus of Xysticus kochi is.
De gewone krabspin komt ook heel veel voor in tuinen. Hij klimt soms tegen muren of schuttingen op. Hij rent op een nietsvermoedende prooi af en springt er dan bovenop. Het gif van de gewone krabspin is krachtig genoeg om zelfs grote prooien te doden. Soms prooien die aanzienlijk groter zijn dan de spin zelf is. Maar de spin is ook heel geïnteresseerd in heel kleine diertjes, zoals tripsen. Xysticus kochi wordt zelfs gebruikt in kassen om tripsbesmettingen te bestrijden, vooral bij de teelt van paprika.
Voor de mannetjes van heel veel spinnen is het bevruchten van vrouwtjes een heel gevaarlijke aangelegenheid. Veel vrouwtjes vreten een parend mannetje gewoon op. De mannetjes van de gewone krabspin hebben een oplossing gevonden. Ze benaderen de vrouwtjes behoedzaam en springen dan opeens op één van haar poten. Dan trekken ze haar tegen de grond. Het vrouwtje probeert vrij te komen, maar het mannetje houdt vol. Als ze niet meer beweegt, spint hij haar gauw in met spinnenrag. Pas als ze volledig is ingesponnen en niet meer kan bewegen, kruipt hij onder haar en paart met haar. Vrouwtjes worden tot 8 millimeter lang, mannetjes komen niet verder dan 4 tot 5 millimeter.
